Nelleke vertelt
Nelleke • 25 oktober 2021
Intro Nelleke vertelt
Ik ben een échte UTREGSE: Tot mijn 23e heb ik in Zuilen gewoond, op de van Egmondkade en vanaf mijn trouwdag 30 jaar lang op de Mariaplaats.
Nu woon ik al jaren tot grote tevredenheid in de Zeeheldenbuurt. Dus je kunt wel stellen dat ik de stad op mijn duimpje ken.
Mariaplaats
Tegenover ons huis op de Mariaplaats was eerst het ziekenhuis St. Johannes de Deo. Het was een kleinschalig ziekenhuis, eerst alleen voor mannen, maar later mochten er ook vrouwen verpleegd worden. Van diverse patiënten hoorden we dat het er een gezellige boel was, je kwam daar niet voor je rust.
Het ziekenhuisis ooit verplaatst naar Overvecht maar nu bestaat ook dat niet meer.
Toen het ziekenhuis weg was werd het conservatorium, dat eerst gevestigd was in de Lange Nieuwstraat, overgeplaatst naar het leegstaande gebouw.
Ook dat was een vrolijke boel. Als het goed weer was stonden de ramen open en kon het publiek op straat meegenieten van de muzikale capriolen, die diverse musici uithaalden. Van alles door elkaar: violen, trompetten ,zangers, trommels enz. Dat was niet altijd even leuk voor het gehoor want er waren veel oefeningen bij. Vooral in het voorjaar, als iedereen aan het oefenen was voor de examens, ging het spektakel soms door tot 10 uur ’s avonds laat.
Nog een gekke herinnering aan de Mariaplaats:
Op 2e Kerstdag 1963 begon het vreselijk te sneeuwen. Daar was niet tegen op te strooien of met schuivers te werken. Omdat het hele centrum voor het verkeer toen nog open was, moest er toch iets gebeuren. Al gauw kwamen er vrachtwagens van het leger aan. De militairen begonnen met scheppen de sneeuw in de vrachtwagens te mikken en zodra er een auto vol was, werd de inhoud in de Catharijne singel gekieperd. Dat ruimde lekker op. Er bleven alleen wat glibberige trottoirs over.
Daarna volgde die vreselijk winter waarin b.v. de auto’s over de Lek reden en over het IJsselmeer.
In Utrecht werd er natuurlijk lekker op de bevroren singels geschaatst en op de Oude Gracht. Wat een prachtig gezicht! Hier en daar leek het op een oud schilderij.
Leven in de binnenstad
Geluidsoverlast hoort bij de binnenstad. Het geroezemoes van de kroegen en het uitgaanspubliek gaat tot diep in de nacht door. Vroeger ging dat over in een geluid dat je nu niet meer hoort: vrachtwagens met rammelende melkbussen op weg naar de melkfabriek. Die was bij ons op het Vissersplein maar ook op de Amsterdamstraatweg en in de Adelaarstraat was zo’n melkfabriek.
Als je om 7u in de morgen nog lekker sliep, werd je gewekt door de vrachtauto met de melkbussen alsof je in een dorp woonde.Toen de boeren overgingen op melktanks, veranderde er veel . De melkfabrieken werden verplaatst naar industrieterreinen want het verkeer in de binnenstad stond die vrachtwagens al lang niet meer toe. Het verkeer ging vroeger gewoon dwars door de stad.
Ik herinner me nog, dat het eerste stoplicht verscheen. Dat was kort na de oorlog bij het kruispunt Lange Viestraat / Vredenburg. Ook kon je toen nog gewoon door de Lange Elisabethstraat en de Steenweg rijden maar later werd dat voetgangers gebied. Daar moesten we toch erg aan wennen want ineens moesten we met een omweg naar ons huis aan de Mariaplaats rijden.
Nóg vroeger reed er een tram door de stad waar je ook mee naar Zeist kon. Eind jaren 40 is die opgeheven.
Héél veel (middelbare) scholen waren er in binnenstad maar de meeste zijn naar de buitenwijken verdwenen. De meisjes H.B.S. van de Wittevrouwenkade, het Lyceum in de van Asch van Wijk kade, De Rijks H.B.S. in de Kruisstraat, het Stedelijk Gymnasium, H.B.S. de Munnik, de Christelijke H.B.S., de huishoudschool en de ambachtsschool. Vaak werden het grote scholengemeenschappen. Tegenwoordig zitten allen de Gregoriusschool en het Bonifatiuslyceum nog in de binnenstad.
Branden in de binnenstad
In die oude binnenstad heb ik heel wat branden meegemaakt.
De ergste brand was in het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen aan de Mariaplaats. We waren wel gewend aan de sirenes van de brandweer want de brandweergarage was op de Ganzenmarkt achter het stadhuis. Diverse keren reden hun bluswagens door de Zadelstraat met hun gillende sirene. Daar letten we al niet meer op tot 12 maart 1988 zo’n auto voor onze deur stopte. We hadden een brandput voor de deur dus ging ik toch maar even kijken en zag dat het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen in de fik stond. Met veel moeite wist de brandweer het vuur te beperken tot K&W. Het begon op vrijdagavond en dinsdagmorgen was er nog een restje brand over. Alleen de zijmuren stonden na het intensieve bluswerk nog overeind. Het was heel eng. Gelukkig waren er geen gewonden maar de materiele schade was enorm. Veel kostbare muziekinstrumenten (het gebouw hoorde bij het conservatorium) gingen verloren…. Ik kan me nu voorstellen, dat vroeger een halve binnenstad verloren ging want debrandweer kon er ook niet altijd makkelijk bijkomen.
Nog een memorabele brand,net buiten het centrum. Half december 1938 brandde het Centraal Station af en omdat het zo hard vroor, was er de volgende dag een ijspaleis ontstaan. Dat heb ik niet zelf gezien, want ik was pas 3 weken oud. Daarna begon een van de eerste verbouwingen van het station. Velen zouden er nog volgen.
Tivoli
Veel andere gebouwen heb ik ook zien afbranden. Vaak waren er plafonds met stro ertussen en als die fikten, vlogen de strootjes om je oren en die kwamen overal terecht. Bloedlink want in oude panden was veel hout verwerkt. Zo ging het houten noodgebouw van Tivoli in het Lepelenburgpark in vlammen op. Het 1e Tivoli stond in de Kruisstraat, dat werd gesloopt, omdat het te oud was. Het noodgebouw werd keurig netjes om een boom in het park heen gebouwd. 40 jaar stond dat gebouw er inmiddels en in 1 nacht brandde het af. Hout, dat wil wel. Helaas heeft de boom het ook niet overleefd. Daarna werd het N.V. huis op de Oude Gracht het nieuwe Tivoli gevolgd door het nieuwe muziekcentrum aan het Vredenburg. Ook dat is tijdens zijn korte bestaan al een keer flink uitgebreid, er werden een paar verdiepingen overheen gebouwd.
Domtoren en Domplein
Het echte centrum van de stad is natuurlijk de Domtoren met daarnaast de Domkerk die zijn gebouwd op een Romeinse nederzetting. Nog steeds zijn er delen onder de grond blijven zitten en van tijd tot tijd worden er bij archeologische opgravingen restanten blootgelegd.
Heel spectaculair is natuurlijk het instorten van het middenschip van de Domkerk geweest. Dat gebeurde tijdens een gigantische zomerstorm op 1 augustus 1674. Huizen, kerktorens, kerken, molens en diverse andere gebouwen hadden heel veel schade. Ook vielen er doden. De puinhopen van de Domkerk hebben heel lang moeten wachten, tot ze opgeruimd werden; meer dan 100 jaar! Zo is het Domplein ontstaan. Een gek gezicht eigenlijk: kerk en toren staan nu los van elkaar. Op het Domplein kun je bij Domunder het hele gebeuren aanschouwen. Het is nagespeeld onder de grond en het voelt alsof je er zelf bij was. Een aanrader!
Vredenburg en Hoog Catharijne
En dan Kasteel Vredenburg. Het werd ooit gebouwd in 1529 om de Utrechtse burgers onder de duim te houden. Maar die pikten dat niet en onder leiding van Catrijn van Leemputte werd het kasteel afgebroken. Door de sloop van het kasteel kreeg Utrecht er een plein bij, dat pas na verloop van tijd de
naam Het Vredenburg kreeg. Hier werd tot in de twintigste eeuw veemarkt gehouden. Bij de aanleg van het huidige muziekcentrum kwamen de fundamenten van de dwangburcht open te liggen. Enorm dikke muren en gigantische hoeveelheden kogels kwamen naar boven. Ik heb er heel lang en vaak staan te kijken. Gelukkig is nog veel bewaard gebleven en in de ondergrondse fietsenstalling aan het Vredenburgkun je nog restanten zien.
Eerder was op deze plek een klooster gevestigd gewijd aan de Heilige Catharina. Vandaar de naam Catharijnesingel en later Hoog Catharijne. Het klooster werd verplaatst toen het kasteel gebouwd moest worden want het was er levensgevaarlijk met al die rondvliegende kogels.
En zo kent deze plek een lange historie van afbreken en verbouwingen.
Tussen de Rijnkade en het Vredenburg stonden ooit de Jaarbeursgebouwen die op een vroege ochtend in de jaren 70 zijn opgeblazen. Wat een enorme knal was dat! Half Utrecht stond erbij en toen de stofwolken weg waren, zagen we dat er nog een flink stuk overeind was gebleven. Nog meer knallen dus en ondertussen deed de broodjes winkel op het Vredenburg goede zaken. Ze stonden tot buiten toe in de rij.
De gigantische hoeveelheid puin werd afgevoerd en in de wijk Overvecht gestort waar net Park de Gagel in aanbouw was. Daar komt de grote heuvel in dat park vandaan! De werkzaamheden hadden ook veel te maken met de singeldemping; een zwarte bladzijde uit de Utrechtse geschiedenis maar gelukkig hebben we nu de singels weer terug.
Een poos later werd begonnen aan de nieuwbouw van het Centraal Station en ook Hoog Catharijne moest vernieuwd worden.
Dit deel van de stad heeft dan ook het meeste met veranderingen te maken gehad.
De vroegere veemarkt op het Vredenburg werd verplaatst naar een terrein naast de Croeselaan dat heel toepasselijk Veemarktplein heette. Ook deze veemarkt werd weer verplaatst naar de wijk Voordorp en, het wordt afgezaagd, ook daar moest de Veemarkt weg. Waarheen is me niet duidelijk. Er kwam op die plek nieuwbouw en het enige wat er nog aan herinnert zijn de straatnamen vansoorten paarden, koeien en schapen.
Wijk C
Wat vele Utrechters jammer vinden, is ook het slopen van een deel van Wijk C.
Het moest wijken voor, het wordt afgezaagd, het verkeer hoewel sommige huizen wel aan een sloopbeurt toe waren. Bij het slopen kwamen heel veel oude restanten uit de Middeleeuwen tevoorschijn. Heerlijk voor archeologen! Je Kan meer lezen over Wijk C in mijn blog over de wijk.
En er is nog veel meer te vertellen over de binnenstad. Maar ik zou zeggen: Ga op onderzoek. Dan is er nog heel veel meer te vinden.
#Tekening Henk Naderman, Nelleke’s Partner
Deel het artikel
Matton Residence gebruikt Google Analytics om te begrijpen hoe je de site gebruikt en manieren te vinden om je ervaring te verbeteren.